Recent sprak Khadija Arib, voorzitter van de Tweede Kamer, haar collega’s aan op hun kleding. Tijdens de warme dagen zijn de Kamerleden nog wel eens geneigd om hun jasje uit te doen. Maar daar is Arib niet van gediend. Maar mag een politicus aangesproken worden op werkkleding? Is dat eigenlijk wel wenselijk?
”Waar is uw jasje?”
Arib maakt er geen geheim van dat ze een representatieve uitstraling belangrijk vindt. Niet alleen tijdens het debat maar zelfs op haar Facebookpagina schenkt ze aandacht aan dit onderwerp. Ze plaatste onderstaande video waarin te zien is hoe de kamerleden worden aangesproken en wat de reacties zijn.
Na haar opmerkingen vroeg SP Kamerlid Michiel van Nispen zich hardop af of er kledingvoorschriften bestaan voor Kamerleden. En nee, die bestaan niet. Arib gaf zelf ook aan dat ze niet van plan is om voorschriften op te stellen. Ze vindt dat ze geen recht heeft van spreken omdat zij jarenlang heeft samengewerkt met Hans Spekman, haar partijgenoot die bekend stond om zijn wollen truien en vale shirts. Ook zei ze dat sommige burgers zich herkennen in deze kleding.
Maar wat is dan de reden dat de haar collega’s hier op aanspreekt? Zelf geeft ze aan met regelmaat mailtjes van burgers te ontvangen die zich ergeren aan het uiterlijk van diverse Kamerleden. Zo zouden er klachten zijn over het feit dat er geen jasjes worden gedragen, maar ook decolletés en slippers zorgen voor irritatie.
Wel of niet aanspreken?
Arib geeft dus zelf al aan dat het geen makkelijk onderwerp is. Enerzijds zorgt casual kleding ervoor dat mensen zich herkennen in de Kamerleden. Er wordt vaak geroepen dat de Kamer een afspiegeling zou moeten zijn van de samenleving en met deze kleding wordt er wel in ieder geval meegewerkt aan het realiseren van deze ambitie. Want laten we eerlijk zijn, een realistische afspiegeling is het niet echt natuurlijk. Maar iemand als Hans Spekman kan met wollen truien de politicus wel toegankelijker maken.
Aan de andere kant snap ik ook zeker dat er mensen zijn die vinden dat de Kamerleden zich representatief moeten kleden. Alleen dit wordt vaak niet hardop gezegd en juist daarom vind ik dat Arib credits verdient. Ze durft een onderwerp aan te kaarten dat gevoelig ligt en wat veel emoties kan oproepen. Dat was ook duidelijk te zien toen oud VVD-politicus Ton Elias op Twitter aangaf dat hij een jasje juist wel zou waarderen. Het regende kritiek.
Het is trouwens ook niet de eerste keer dat een mannelijk Kamerlid door de voorzitter wordt aangesproken op het ontbrekende jasje. In 2002 sprak voormalig Tweede-Kamervoorzitter Terpstra waarnemend minister De Geus van volksgezondheid aan op hetzelfde issue. En ook Wouter Bos heeft vaker commentaar gekregen op zijn kleding.
Mannen of vrouwen?
Wat mij het meeste opvalt in deze discussie is het feit dat er telkens wordt gesproken over mannen. Sterker nog, in bovenstaande video zitten er dames in de Kamer met mouwloze jurken en tops. Dat is duidelijk te zien. Hier wordt niets over gezegd. Dat vind ik dan wel bijzonder. Als heren een jasje moeten dragen, dan zouden vrouwen dat toch ook moeten doen? Of op zijn minst hun armen moeten bedekken?
Persoonlijk ben ik een voorstander van kledingvoorschriften bij representatieve functies, dus zo ook voor leden van de Tweede Kamer. Je bent een volksvertegenwoordiger en letterlijk het gezicht van je partij. Wat mij betreft is het niet raar als er regels worden opgesteld, al is het alleen maar om te zorgen dat men zich bewust is van het uiterlijk en discussies te voorkomen. Maar dan moeten de regels wel duidelijk zijn en gelden voor zowel de heren als de dames. Want dan kunnen Kamerleden ook elkaar aanspreken. Dan is er geen sprake meer van een voorzitter die een signaal afgeeft namens burgers over het uiterlijk van haar collega’s.
Want hoe goed het ook is om werkkleding bespreekbaar te maken, je verschuilen achter een burger is in mijn ogen wel een beetje makkelijk. Zeker wanneer je vervolgens aangeeft dat er geen regels komen omdat je een partijlid hebt gehad die zich altijd zeer casual heeft gekleed. Maar wellicht is deze opmerking voorlopig voldoende en zullen meer Kamerleden hun jasje aan gaan trekken. We zullen het vanzelf merken…
Groetjes,
Aileen
Bron: AD en The Post Online
