Je zult je misschien weleens hebben afgevraagd hoe al die mondkapjes, plastic handschoenen en haarnetjes in het ziekenhuis zijn ontstaan. Wie heeft dit bedacht en hoe zagen doktoren er vroeger uit? In dit artikel vertel ik je alles over de geschiedenis van beschermende werkkleding in de zorg, van historische pestmaskers tot moderne PBM’s.
Geschiedenis van beschermende werkkleding in de zorg: Pestmasker als PBM
Het pestmasker was een van de eerste uitvindingen ter bescherming tegen infecties. Maar dit masker had niet dezelfde functie als de mondmaskers die we tegenwoordig kennen.
Het masker was een manier waarop artsen zich probeerden te beschermen tegen de pestpandemieën in Europa. Deze heersten vooral tussen de veertiende en zeventiende eeuw. In die periode dacht men dat ziektes werden verspreid door slechte lucht en dampen, niet door bacteriën of vlooien. Daarom droegen artsen een lange leren jas, leren handschoenen en een hoed en dus ook het leren pestmasker.
Dit masker was voorzien van een grote snavel, waardoor het ook wel het vogelmasker werd genoemd. In deze lange snavel zaten onder meer lavendel, azijn of kamfer. Men geloofde dat deze middelen de slechte lucht konden zuiveren. De artsen hadden een stok of staf waarmee ze de patiënten konden aanwijzen zonder ze aan te raken.

In de praktijk beschermde deze kleding totaal niet. De middelen in het masker filterden geen bacteriën, iets waar men destijds sowieso nog geen kennis over had. Ook beschermde de kleding niet tegen vlooien en lichaamsvloeistoffen, waardoor de pestbacterie Yersinia pestis gewoon werd overgedragen. Het had wel een psychologisch effect: artsen hadden het idee dat ze zichzelf beschermden, en mensen konden de artsen makkelijk herkennen.
Beschermende werkkleding in de zorg: van pestmasker tot PBM’s
Toen de Franse chemicus Louis Pasteur (1822–1895) bewees dat micro-organismen ziektes veroorzaken, veranderde de manier waarop men keek naar bescherming in de zorg.
Na de ontdekking van Pasteur was het de Britse chirurg Joseph Lister die carbolzuur als ontsmettingsmiddel introduceerde. Dit idee werd overgenomen door dokter William Stewart Halsted, werkzaam in het Johns Hopkins Hospital in Baltimore. Hij liet zijn chirurgen en verpleegsters hun handen wassen met zeep. Daarna moesten ze hun handen wassen met een combinatie van kaliumpermanganaat, een heet oxaalzuurbad en een kwikchlorideverbinding.
Toen verpleegster Caroline Hampton aangaf te willen stoppen vanwege de schade die de chemicaliën aan haar handen veroorzaakten, ondernam Halsted actie. Hij wilde niet dat zij zou stoppen en stelde in 1889 voor om in plaats van het wasproces rubberen handschoenen te dragen. Hampton was hier blij mee, en al snel lieten haar collega’s dezelfde handschoenen voor zichzelf maken.
Toen chirurg Joseph Bloodgood aantoonde dat de handschoenen het risico op infecties verminderden, namen andere ziekenhuizen het gebruik van chirurgische handschoenen over.
Mondmaskers en steriele kleding in de zorg
In het begin van de twintigste eeuw gingen artsen en verpleegkundigen voor het eerst mondmaskers van gaas dragen, vooral tijdens operaties. Deze werden wereldwijd steeds meer geaccepteerd, en het gebruik nam vooral in de jaren ’40 enorm toe. Destijds dienden de maskers vooral om de omgeving te beschermen tegen de adem van de drager, niet om de drager te beschermen tegen infecties van buitenaf.
Ook witte jassen en steriele kleding werden steeds meer gedragen. Men koos voor wit omdat dit stond voor reinheid, orde en professionaliteit. In de jaren ’60 en ’70 kwam men erachter dat het gebruik van witte kleding toch niet zo handig was tijdens operaties. Door het grote contrast tussen de witte stof en het rode bloed raakten artsen sneller vermoeid. De witte jassen werden daarom ingeruild voor een blauwe, groene of turquoise variant. Dat was een stuk prettiger voor degenen die urenlang aan de operatietafel stonden.
Moderne, beschermende werkkleding in de zorg
Sinds de jaren ’80 is het gebruik van PBM’s zoals mondmaskers, gezichts- en oogbescherming, isolatiejassen en handschoenen verplicht geworden.
Tijdens de pandemie bereikte het gebruik een hoogtepunt en ontstond steeds meer discussie over duurzaamheid rondom beschermende kleding in de zorg. Want al dat wegwerpmateriaal moet ook ergens terechtkomen. Daarom zijn er steeds meer duurzame initiatieven, zoals wasbare isolatiejassen en plantaardige hoofdkapjes.
Ik verwacht dat deze ontwikkelingen de komende jaren alleen maar sneller zullen gaan. We weten inmiddels hoe we onszelf moeten beschermen tegen bacteriën. Nu moeten we alleen nog uitvinden hoe we de wereld beschermen tegen ons afval.
Benieuwd hoe de verpleegkundigen zich vroeger kleedden? Lees het artikel over een bijzondere poppencollectie die laat zien hoe verpleegsters uniformen door de jaren heen zijn veranderd.
Groetjes,
Aileen
