Waarom iedereen iets met mode heeft

Ik kan mijzelf de laatste tijd erg verbazen over hoe mensen kunnen reageren op zakelijke kleding. Er zijn zoveel mensen die het helemaal niet serieus nemen of er zelfs op neerkijken. Dat is prima, moeten ze zelf weten. Iedereen heeft zijn eigen interesses. Maar het lijkt wel alsof mensen denken dat mode niets met hen te maken heeft, alsof ze er ver vanaf staan. Terwijl dat helemaal niet waar is. Niemand kan zich hier aan onttrekken. En daarom gaat het artikel van vandaag over waarom iedereen iets met mode heeft.

 

Devil Wears Prada

Kun jij je nog de film The Devil Wears Prada herinneren? Grote kans dat je hierbij meteen denkt aan de absurde eisen die de hoofdredactrice Miranda Priestly (fantastisch gespeeld door Meryl Streep) aan haar medewerkers in de film stelt. Het was bizar om te zien en nog meer bizar om jezelf te bedenken dat het een verfilming is van een autobiografisch boek. Ken je de film nog niet? Dan raad ik je zeker aan om deze te bekijken.

 

Waarom iedereen iets met mode heeft

 

Wat mij het meeste is bijgebleven van de film is de scene waarin Miranda Priestly wordt uitgelachen door haar nieuwe assistent Andrea Sachs. Tijdens het uitkiezen van de kleding voor een shoot moet Miranda een keuze maken tussen 2 riemen die in eerste opzicht sterk op elkaar lijken. De styliste geeft aan dat de keuze lastig is omdat ze zo verschillend zijn. Wie goed kijkt ziet dat de gespen van elkaar verschillen, maar de riemen verder vrijwel identiek zijn. Vervolgens schiet Andrea in de lach en vraagt Miranda haar wat er precies zo grappig is. Andrea geeft aan dat ze nog veel moet leren over ‘dit spul’. Deze zin schiet Miranda in het verkeerde keelgat.


Miranda zegt dat ze door deze opmerking het idee krijgt dat Andrea denkt dat kleding en mode niets met haar te maken heeft. Ze vertelt Andrea dat zij haar kleding vast heeft gekozen om de wereld te laten zien dat ze zichzelf te serieus neemt om iets te geven om haar kleding.

Miranda legt uit dat iedere kleur ooit is bedacht en neemt daarbij de blauwe trui van Andrea als voorbeeld.  Ze legt uit dat deze kleur ooit gebruikt is door Oscar de la Renta voor een collectie avondjurken en vervolgens opnieuw is gebruikt door Yves Saint Laurent voor een collectie militaire jasjes. Vervolgens kwam de kleur terug in de collectie van 8 ontwerpers en zo kwam het uiteindelijk terecht in warenhuizen. Ze geeft Andrea een sneer door te zeggen dat zij het vast uit een uitverkoopbak heeft gevist in een tragisch winkeltje.

De blauwe kleur heeft op die manier gezorgd voor miljoenen dollars en talloze banen. Tenslotte eindigt Miranda haar betoog met het feit dat ze het grappig vindt dat Andrea denkt door haar keuze voor deze trui zich te onttrekken van de mode industrie. Terwijl de trui eigenlijk is geselecteerd door de mensen uit die kamer (de scene speelt zich af in een ruimte bij een modetijdschrift ) uit een stapel ‘spul’.

 

Snap je mijn punt?

Ik vind dit de beste scene uit deze film en moet er nog vaak aan terug denken. Miranda speelt een nare vrouw, maar weet in deze paar minuten haar punt ijzersterk neer te zetten. Ik denk er vaak aan terug wanneer mensen denigrerende opmerkingen maken over kleding of mijn artikelen. Ik wil niet zeggen dat iedereen zich zou moeten interesseren in kleding. Of dat mensen die er niet geweldig uitzien zichzelf automatisch te serieus nemen. Dat zeker niet. Maar waarom zou je er op neerkijken?

Wanneer mensen wel eens tegen mij zeggen dat ze niet nadenken over hun (werk)kleding, dan leg ik vaak uit dat ze dat wél doen. De kans is klein dat je naakt over straat loopt en dus koop je kleding om jezelf te bedekken. Je zult naar een kledingwinkel of online shop moeten gaan om deze te kopen. Dan maak je jouw eerste keuze. Iedere winkel heeft zijn eigen stijl of verschillende stijlen. Maar ook verschillende soorten maten en prijzen. Op dat moment maak jij je eerste keuze wat betreft kleding.

Vervolgens kies je iets uit het rek (ik gebruik voor dit voorbeeld even de fysieke winkel) en dat is je tweede keuze. Je gaat de kleding passen en daarna voor de spiegel staan. Dat is meestal het moment waarbij jij gaat beslissen of je de kleding wel of niet gaat kopen. Op dat moment maak je bewust of onbewust talloze keuzes. Bijvoorbeeld of de spijkerbroek te wijd zit of niet. Of jij hem mooi vindt vallen en of het bij je past.

Nog meer keuzes

Als je thuis bent dan kies je ervoor om die kleding bij bepaalde gelegenheden te dragen. Zo maak je een keuze of je bijvoorbeeld je nieuwe spijkerbroek wel of niet op het werk gaat dragen. Natuurlijk zijn er mensen die kleding kopen, het in de kast leggen en gedachteloos aantrekken. Zogezegd het bovenste van de stapel pakken. Prima, dan stopt het nadenken over kleding bij het moment dat ze de kleding in de kast hebben gelegd.

Stopt het nadenken echt op dat moment? Nee, eigenlijk niet. Op een bepaald moment besluit iemand ook dat hij of zij de kleding weg gaat doen. Ervan uitgaande dat niemand zijn of haar kleding vanaf de kindertijd opspaart. Wanneer is dat moment? Als je bent aangekomen of juist afgevallen? Als er een vlek op zit of een gat? Als je het item bij nader inzien toch niet leuk vindt of er op uitgekeken bent? Als het er verwassen uitziet? Ja, ook daarin maken we keuzes. Daar denken we over na. Iedereen bepaalt voor zichzelf wanneer een kledingstuk niet meer gedragen gaat worden.

Dus mocht je het idee hebben dat de mode industrie ver van jou af staat, dat valt best wel mee. Dus laten we mensen met interesse in de mode-industrie ook gewoon respecteren. We maken er op onze eigen manier namelijk allemaal een deel van uit.

Groetjes,

Aileen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

CommentLuv badge